dinsdag 18 september 2012

DT1

Na wat kansloos gevogel (kuifaalscholver + een hoop pap, maar geen krenten) bij IJmuiden op de eerste zondag van september en een veel te heet NJN-nazomerkamp bij Oostvoorne de week erna, wat wel twee sperwergrasmussen en heel veel tamme zwarte mezen opleverde, was het afgelopen weekend tijd voor het eerste Deception Tours-weekend van het jaar.

Om 9 uur 's ochtends stapte ik samen met Mark, Thijs, Jorrit en nog enkele tientallen andere vogelaars op de boot naar Vlie. Er stond een harde westenwind die toen we het zeegat tussen Vlie en Terschelling naderden al wat zeevogels langs de boot blies. Er was voorspeld dat de wind gedurende de middag richting noordwest zou draaien, wat gunstig zou zijn voor zeetrek langs Vlieland. Vlak voordat we de haven bereikten kwam er een piepje met het bericht dat er een bosgors op het eiland zat, ten westen van Lange Paal, bij de weitjes van Mensink. Helaas was de vogel al weer snel kwijtgeraakt, maar het was reden genoeg voor Mark en mij om direct nadat we onze spullen in het huisje hadden gedumpt tegen de wind in te ploeteren op weg naar de Lange Paal. Hier liepen we eerst een rondje door het bos, waar aardig wat vogels zaten, waaronder wat Bonte vliegenvangers. Via de camping reden we naar de weitjes van Mensink, waar we via de nodige Paapjes, piepers en Tapuiten richting de westrand liepen. Hier zat iets te 'tjakken' in de bosjes. We dachten even aan een roepende gekraagde roodstaart, maar het kwartje viel pas toen er een groot grijs beest in beeld kwam. Sperwergrasmus! Een leuke en voor mij nieuwe zelfontdeksoort, die zich een minuut lang leuk liet bekijken samen met een grauwe vliegenvanger, maar vervolgens helaas spoorloos verdween, voordat de eerste vogelaars die op ons piepje afkwamen er waren.
Óók erg snel verdween de Kleine vliegenvanger die daarna door Harm Dijkstra en co. werd ontdekt op de camping bij Lange Paal. Gelukkig besloten Mark en ik bij die piep gewoon lekker door te vogelen in de Nieuwe Kooi, wat overigens niet al te veel opleverde. Aan het eind van de middag gingen we dan toch maar aan zee zitten, ook al gaat dat een klein beetje tegen de principes van DT-weekenden in. Vrij snel werden we beloond met een Vaal stormvogeltje dat prachtig langs kwam fladderen. We moesten vervolgens vrij lang wachten, maar in het begin van de avond, toen de noord-component in de wind wat toenam, werden we beloond met 2 grauwe pijlstormvogels, grote jagers, een middelste jager en een jagertje waarvan we, toen de vogel op wat grotere afstand vloog, afzonderlijk allemaal dachten dat het een juveniele kleinste was op basis van postuur, vlucht en grondkleur. Toen de vogel echter dichterbij kwam vliegen, bleken de boven- en onderstaartdekveren niet of nauwelijks getekend te zijn. Wel toonde de vogel weinig wit op de bovenvleugel en was de grondkleur koud donkerbruin. We durfden er geen naam op te plakken, maar toen ik thuis de Jagergids van Olsen erop nasloeg, vond ik een foto van een uiterst donkere juveniel kleinste jager die ook geen tekening op de staartdekveren vertoonde. Deze vogel had daarentegen nauwelijks lichtere tekening in de nek, iets wat onze vogel wel had. Het blijft een beetje een mystery bird...

Zaterdagochtend keken we bij de kazerne over zee. Een gestage stroom van ruim 200 jan-van-genten vloog langs, gevolgd door een golfje noordse stormvogels, waarvan er een aantal mooi dichtbij kwamen. Omdat de bosjes riepen, staakten we het zeetrektellen en liepen we langs de kazerne naar de zuidkant van de Kroonspolders. Op dat moment werd er op de oostpunt een naar het westen vliegende Koereiger gemeld. Dat is natuurlijk een heel gave eilandsoort, dus we trokken een klein sprintje richting een hoog duin. Na een kwartier pikten we een wit reigertje op, wat we op de kwelder ten westen van de Kroons zagen landen. Dit werd via de Watsapp gemeld en even later zagen Rob en Helen de vogel zitten en bleek het een kleine zilverreiger te zijn. Óók leuk op het eiland, maar wel net even iets minder...
Met Sjoerd liep ik vervolgens rondom de polder, wat behalve een vroege oeverpieper weinig noemenswaardigs opleverde. Ook de rest van de dag bleef het rustig.

Zondagochtend begonnen Thijs en ik op Stortemelk. Na een mooie wandeling vonden we bij Eureka een boomklever. Zaterdag waren er ook al 1 of misschien meerdere boomklevers aanwezig op de oostpunt, maar toen betrof het nog een nieuwe soort voor het eiland!
'S middags reden we naar Lange Paal om de kleine vliegenvanger, die zich gedurende het weekend af en toe leuk liet zien, te gaan zoeken. Deze was snel gevonden en liet zich prachtig bekijken. Na een rondje door de Oude Kooi, wat alleen wat Kleine barmsijzen en een boomklever opleverde, vonden we het mooi geweest en reden we terug naar ons huisje. Vlak voor het dorp zat nog een vrouwtje rouwkwik, wat voor mij nog een nieuwe Vlieland-soort was.
Al met al een vermakelijk weekend, maar zonder een echte knaller. Dat kan en wordt vast beter de komende tijd!

Geen opmerkingen: