zondag 10 februari 2008

Het zonnige zuiden

Af en toe heeft dat broeikaseffect toch wel zijn voordelen. Dit weekend moest de jas af en toe uit vanwege het warme weer. Geweldig om gewoon buiten te kunnen lopen zonder te verkleumen. Daar ik ook wel een echte natuurgenieter ben, was dit weekend wel echt heel erg mooi voor mij.

Zaterdag moest ik een mossen/korstmossen-excursie in Eindhoven leiden. Behalve dat het prachtig weer was, is hier niet heel veel over te vertellen. In totaal vonden we ruim 60 soorten mossen en korstmossen, waaronder mooie soorten zoals rood bekermos, rafelig bekermos, open rendiermos en parapluutjesmos.
Toen we na een dag zonnebaden en mossen zoeken weer terugkwamen in Eindhoven, zijn we nog even langs de High-Tech campus van de universiteit gereden voor een bezoekje aan de witoogeend. Na een paar minuten liet deze vogel zich mooi zien; mijn 140e jaarsoort.

Zondag ging ik nogal optimistisch naar Maastricht voor een dagje Zuid-Limbug. Met één ding had ik toch te weinig rekening gehouden: Limburg heeft heuvels...en zonder versnellingen op je fiets zijn die heuvels toch wel steil! Voortaan neem ik bij een bezoekje aan Zuid-Limbug mijn eigen fiets mee in plaats van een (in de rest van Nederland zeer functionele!) ov-fiets.
Nou goed, wat ook een beetje tegenviel was de drukte; heel de regio werd bestormd door mensen, waardoor het toch allemaal ietsje minder natuurgenieten was dan ik had gehoopt.
Ik had van te voren een route uitgestippeld die langs de plekken voor oehoe, ringsnaveleend, middelste bonte specht, kortsnavelboomkruiper en grauwe gors liep.
Het begon zeer aardig: één blik met de verrekijker in de ENCI-groeve leverde een oehoe op en een scan met de telescoop ook nog een tweede. Achter mij roffelde een kleine bonte specht en zo had ik al 2 nieuwjaarsoorten in korte tijd.
Ik vervolgde mijn weg richting Eijsden. Op één van de maasplassen zag ik geelpootmeeuwen (ook nieuwjaarsoort). Bij de plek van de ringsnaveleend zag ik dat er vrij druk gevaren werd, waardoor er überhaupt geen duikeenden op de maasarm aanwezig waren. Ook op de plasjes daar noordelijk van geen ringsnaveleend kunnen vinden, dus toen maar doorgereden richting Epen. Dat was nogal een rit! Onderweg wel mijn eerste dagvlinder van het jaar gezien, een kleine vos. Februari is ook niet meer wat het geweest is... In de bossen ten Oosten van Epen ging ik op zoek naar middelste bonte specht en kortsnavelboomkruiper. Helaas was het ontzettend druk in het bos, wat de kans op middelste bonte flink wat kleiner maakt. Kortsnavelboomkruiper vond ik gelukkig wel vrij snel in het Elzetterbos.
Het was ondertussen alweer bijna 4 uur, dus ik reed richting het hamsterreservaat bij sibbe. Hier een prachtige blauwe kiekendief, wat geelgorzen en veldleeuwerikken, maar niet de gewenste grauwe gors. Toen de zon bijna onder ging reed ik weer naar Maastricht. Onderweg hoorde ik nog een steenuil.
Toen ik om half 7 in de trein stapte, ging de telefoon. René janssen: "hee Rutger, heb jij de dwerguil al gezien"... Dat kwam hard aan. 'Gelukkig' was de vogel pas om 5 uur doorgegeven en had ik het überhaupt niet kunnen halen, maar goed...
Dit gaf een toch iets bittere nasmaak aan deze zonnige dag. Hopelijk zit de dwerguil er morgen nog en ik ga sowieso nog een keer terug naar Zuid-Limburg voor een hopelijk iets succesvoller rondje.

Geen opmerkingen: